语法
Het partikel 地 wordt gebruikt om een adjectief te gebruiken als bijwoord.
他很慢地说。 Hij praat heel langzaam.
她热情地请他喝酒。 Zij nodigt hem vriendelijk uit om een borrel te drinken.
Het partikel 地 wordt gebruikt om een adjectief te gebruiken als bijwoord.
他很慢地说。 Hij praat heel langzaam.
她热情地请他喝酒。 Zij nodigt hem vriendelijk uit om een borrel te drinken.
Het werkwoord 上 kan gebruikt worden als complement van resultaat om aan te duiden dat gescheiden dingen terug werden verbonden of aan elkaar gesloten. Het werkwoord 开 daarentegen kan gebruikt worden om aan te duiden dat aaneengesloten of bij elkaar horende dingen van elkaar werden gescheiden.
- 关上门: De deur sluiten.
- 戴上围巾: een sjaal omdoen
- 打开书: een boek openen
- 切开苹果: een appel snijden
Met 有/没有 kun je aanduiden of iets gelijk is of op hetzelfde niveau zit als iets anders. Het tweede object is dan hetgene waarmee vergeleken wordt. Een aantal voorbeelden:
- 他租的房子有这套房子大吗? Is dit huis groter dan het huis dat hij huurt?
- 这个乐曲又没有哪个乐曲感人? Is dat stuk muziek ontroerender dan dit stuk?
- 中国人没有比利时人那么喜欢喝咖啡。 Chinezen drinken niet zo graag koffie als Belgen.