Les 19 - 13/03

Woordenschat

xíng
oké, kunnen, gaan (het gaat, het mag)
经济
jīngjì
economie
经济系
jīngjì jì
faculteit economie
什么时候
shénme shíhou
wanneer
guān
toe, uit (deuren, schakelaars, ...)
kāi
open, aan (deuren, schakelaars, ...)
wén
taal
中文
zhōngwén
Chinees (taal)
东西
dōngxi
ding, dingen
吃饭
chīfàn
eten (VO)
吃的(东西)
chīde (dōngxi)
dingen om te eten
回家
huíjiā
naar huis gaan
zǒu
weggaan
留下
liúxià
blijven

Schrijven

hòu (135)
xíng (147)
kāi (148)
wén (160)
jīng (170)
jì (171)
chī (234)
fàn (263)
huí (310)
huà (389)
diàn (390)

Geen opmerkingen: